Het militair-industrieel complex aan de macht.
Volgens de New York Times van 15 oktober 2014 (*) liet Obama de CIA een onderzoek doen naar wat het stiekem financieren en leveren van wapens (‘covert aid’), met de bedoeling onwelgevallige regimes te ontwrichten en ten val te brengen, de VS had opgeleverd. Dat was omdat hij wilde weten of het zin had Syrische rebellen op te zetten tegen het regime Assad.
De vraag die Obama niet stelde was waarom de VS het recht zou hebben (anders dan het recht van de sterkste) gewapende opstanden te organiseren in landen waarvan het regime ze niet aanstaat en hoe de VS zou reageren als die landen opstandige groepen in de VS van wapens en training zou voorzien om de Amerikaanse regering ten val te brengen.
Het onderzoek van de CIA gaf Obama weinig reden te verwachten dat hij door opstandige religieuze groeperingen tegen Assad op te zetten en van wapens te voorzien Assad weg zou kunnen krijgen waardoor een Amerika gezind regime daarvoor in de plaats zou kunnen komen. Dat weerhield Obama er niet van om dat toch te doen. Misschien had hij ook andere bedoelingen.
In 1988 mengde de VS zich in de strijd van Angola tegen Zuid Afrika dat Angola was binnen gevallen. De VS voorzagen het terroristische Unita van Savimbi samen met Zuid Afrika van wapens. De UN schatte in 1989 dat de operatie 1,5 miljoen doden had gekost. Met hulp van Cubaanse troepen werd een eind gemaakt aan de opstand en de agressie van Zuid Afrika en de VS. De VS bleek een vriend van het apartheidsregime in Zuid Afrika en voor iedereen die daar nog niet van overtuigd was het duidelijk dat de VS een bedreiging is voor jonge staten die onafhankelijk proberen te zijn.
Na de mislukte door de VS georganiseerde invasie bij de Varkensbaai, besloot Kennedy (zie het hieronder afgedrukte memorandum waaruit blijkt dat de sabotage operatie ‘Mongoose’ de instemming had van de ‘higher authoriy’: de regering Kennedy) het Castro regime ten val te brengen door de handel met Cuba te verbieden (een verbod waar alleen het Oostblok en China zich niets van aantrokken) én door terroristische acties uit te laten voeren in Cuba. Keith Bolender heeft daar uitvoerig over geschreven in “Voices From the Other Side: an Oral History of Terrorism Against Cuba” (2010).
Om de agressie van de VS het hoofd te kunnen bieden riep Cuba de hulp van Rusland in die raketten op Cuba installeerde waarmee een nieuwe inval door de VS zou kunnen worden afgeslagen. Nadat Kennedy had toegezegd van militaire invasies af te zien werden de raketinstallaties door Rusland weer verwijderd. De terroristische acties gingen echter zeker nog 30 jaar door.
Eigenlijk zijn er in de recente geschiedenis bijna alleen staatsgrepen en contrarevoluties aan te wijzen waar de VS de hand in had of bij betrokken was: Cuba 1898, Puerto Rico 1898, Filipijnen 1889, Panama 1903, Nicaragua 1909, Haïti & Dominicaanse republiek 1915, China 1945 (steun Kwomintang), Korea 1950, Perzïe (die de Sjah aan de macht bracht) 1953, Guatemala 1954, Vietnam 1958, Congo (moord Lumumba) 1960, Cuba 1961, Honduras 1963, Indonesië 1965, Griekenland 1967, Oman 1970, Bolivia 1971, Chili 1973, Argentinië 1976, Afghanistan 1978, Nicaragua 1980, Grenada 1983, Angola 1988, Panama 1989, Somalië 1993, Haïti 1994, Joegoslavië 1999, Afghanistan 2001, Venezuela 2002, Irak 2003, Honduras 2008, Tunesië 2011, Libië 2011, Syrië 2011, Egypte 2013.
Met name onder Obama is de VS zich ook gaan toeleggen op het gebruik van drones waarmee personen die geacht worden een bedreiging te vormen voor de belangen van de VS overal ter wereld kunnen worden gedood. Drones worden met name toegepast in Afghanistan, Pakistan, Jemen, Somalië, Irak en Syrië. Obama heeft zich er een voorstander van getoond omdat het geen levens kost van Amerikaanse soldaten wat de weerstand van het Amerikaanse publiek tegen oorlogvoering minder maakt. Volgens Obama vindt het gebruik van drones heel secuur plaats zodat alleen de persoon gedood wordt die aan de beurt is om gedood te worden.
Volgens het ‘Bureau of Investigative Journalism’, de NGO ‘Reprieve’ en de site Intercept van Glenn Greenwald (waaraan documenten werden gelekt door medewerkers van het drone programma) zijn die drones helemaal niet zo secuur en bestaat 90% van de slachtoffers uit personen waarvan het niet de bedoeling was ze te doden, waaronder ook veel kinderen. Dat ligt erg voor de hand omdat de persoon die moet worden gedood zich vaak bevindt in gezelschap van familie en buren. Ook blijkt dat gewone boeren vaak ten onrechte worden aangezien voor gevaarlijke terroristen of de broer of de vader van de ‘terrorist’ per ongeluk als doelwit wordt geselecteerd. In Pakistan kwamen 874 mensen om bij pogingen om 24 ‘vijanden’ te treffen. In Jemen zou het gaan om 273 niet bedoelde op 17 bedoelde slachtoffers. Geschat wordt dat de oorlogvoering met drones inmiddels minstens 6000 onbedoelde slachtoffers heeft gemaakt.
De discussie over de vraag of die drones voldoende nauwkeurig zijn en of het technisch mogelijk is om ze preciezer te maken dreigt de principiële vraag aan de discussie te onttrekken waar de VS het recht vandaan haalt om de doodstraf te voltrekken aan iedereen ter wereld waartegen bij de Amerikaanse regering de verdenking bestaat dat die een bedreiging zou kunnen zijn voor de belangen van de VS. En nog wel zonder proces waarbij de schuld bewezen en de doodstraf door een onafhankelijke rechter opgelegd wordt. De VS doet niet eens moeite daar een juridische/morele rechtvaardiging voor te bedenken maar meent wel andere landen de maat te moeten nemen wat betreft de mensenrechtensituatie in hun land.
Over terrorisme gesproken, wat is het verschil tussen de sabotage die door de CIA wordt gepland en door bendes en doodseskaders wordt uitgevoerd die door de CIA worden getraind en bewapend om onwelgevallige regimes te ontwrichten enerzijds en de sabotage van Al Qaida en Taliban anderzijds? In 1996 liet de CIA bommen tot ontploffing brengen in hotels in Havana om het toerisme te ontmoedigen. De VS brengt dictaturen aan de macht die op grote schaal burgers doden, gevangen zetten, martelen en laten verdwijnen. Het doelbewust doden met drones van burgers in Irak, Syrië, Pakistan, Jemen en Somalië, wat is precies het verschil met aanslagen op de burgerdoelen die door of in naam van Al Qaida en ISIS worden gepleegd? Het ene verschil is dat de VS een erkende staat is en Al Qaida en ISIS niet, het andere dat de schaal waarop de VS terroristische acties pleegt van een totaal andere orde is, namelijk onvergelijkbaar groter. Waarom het terrorisme van de VS minder verwerpelijk zou zijn dan het terrorisme van Al Qaida en ISIS valt moeilijk te begrijpen.
Verdedigers van de VS zullen aanvoeren dat de terreur van de VS uiteindelijk een nobel doel heeft: het verdedigen van vrijheid en democratie door dictatoriale regimes te voorkomen en ten val te brengen. In vrijwel alle gevallen, echter, waarin de VS zich meer of minder openlijk met geweld mengt in anderlands zaken was en is dat juist om democratisering terug te draaien en vazallen en dictators aan de macht te brengen die bereid zijn gemene zaak te maken met grote Amerikaanse bedrijven, ten koste van vrijheid en democratie.
Onder Bush is de strijd tegen het terrorisme steeds meer een doel op zichzelf geworden, een strijd die gestreden wordt onder andere met terreur, maar dan op veel grotere schaal. Het effect van deze ‘war on terror’ is nog veel meer terreur. Om twee redenen. De eerste is dat het omvangrijke leed dat aan burgers wordt aangericht in het kader van de strijd tegen terreur de haat tegen de VS en zijn bondgenoten aanwakkert en het draagvlak vergroot voor terroristische acties gericht tegen burgers in de VS en Europa. Paul Piller, ex CIA analist, wijst op de “resentment-generating impact of the U.S. strikes” in Syrië.
De tweede reden is dat groepen die door de VS getraind en bewapend worden om onwelgevallige regimes van binnen uit te bestrijden vroeg of laat hun eigen plan trekken. De Taliban is voortgekomen uit de Moedjahedien die door de VS bewapend werd om een eind te maken aan de overheersing door de Russen. ISIS is voortgekomen uit een alliantie van opstandelingen die groot zijn geworden door omvangrijke wapenleveranties, in veel gevallen via Saudi Arabië en Qatar, bedoeld om Assad te verdrijven. ISIS, dat door de VS wordt of zou worden bestreden, wordt door bondgenoten van de VS (en met kennelijke instemming van de VS) grootscheeps bevoorraad, wat er belangrijk aan bijdraagt dat de terreur zich uitbreidt.
Dat de door de VS geëntameerde terreur geen democratieën maar dictators aan de macht brengt en tot steeds meer terreur leidt kan moeilijk verklaard worden uit verstandsverbijstering waarvan dan al tientallen jaren sprake moet zijn. De vraag is dus wat de VS beoogt met al die terreur en met het aan de macht helpen van dictators
Volgens veel analisten vinden de gewelddadige interventies en terreur van de VS plaats om Amerikaanse bedrijven te helpen zich meester te maken van schaarse grondstoffen, landbouwgronden (‘land grabbing’ ), goedkope arbeid en nutsbedrijven. Democratie in en de onafhankelijkheid van grondstofrijke lage lonen landen met vruchtbare landbouwgrond staan aan dat streven in de weg omdat overal waar het volk zelf aan de macht komt dat volk er op uit is de opbrengst van grondstoffen, arbeid en landbouwgronden zoveel mogelijk ten goede te laten komen aan de bevolking zelf in plaats van aan buitenlandse ondernemingen en er op uit is nutsbedrijven (drinkwater!) juist niet te privatiseren, uitbuiting van arbeiders tegen te gaan en ervoor te zorgen dat ook buitenlandse bedrijven behoorlijk belasting betalen. Dat verklaart dat met hulp van de VS democratisch gekozen regeringen worden afgezet door kolonels en dat priesters en activisten die zich daartegen verzetten worden gevangengezet, verdwijnen of worden vermoord. Het verklaart ook dat regimes die met succes het hoofd bieden aan de Amerikaanse inmenging het mikpunt worden van een door de CIA opgezette media oorlog waarin zij worden neergezet als regimes die op grote schaal mensenrechten schenden en een gevaar zijn voor hun buren, waardoor het gerechtvaardigd zou zijn met terreur en openlijke militaire interventie een eind te maken aan die regimes.
Wat als verklaring voor de Amerikaanse interventies en terreur weinig aandacht krijgt is de enorme invloed van de oorlog- en terreurindustrie. Een groot land dat vrijwel onafgebroken in oorlog is en meent gewelddadig in te moeten grijpen ook aan de andere kant van de wereld, is een ideaal oord voor overheidsdiensten en industrieën die zich toeleggen op bewapening, veiligheid, intelligence. Amerika gaf in 2010 700 miljard uit aan defensie (35 miljoen van de 320 miljoen Amerikanen leeft in armoede) . Amerika is de grootste wapenexporteur. Dat betekent dat het een enorme bedrijfstak is, een bedrijfstak waar heel veel mensen werken, waar heel veel geld om gaat en waarin particulieren, banken en financiële instellingen heel veel geld beleggen. Om te zorgen dat het een winstgevende bedrijfstak blijft waarin mensen niet bang hoeven te zijn voor hun baan (ook als het een baan is bij de CIA en bij ‘defensie’) doet de bedrijfstak er alles aan de vraag naar meer en nieuwe wapens aan te wakkeren, de vraag naar meer defensie, veiligheidsbeleid en grensbewaking te bevorderen, congresleden en publiek te beïnvloeden met verhalen waarin gewezen wordt op de Russische, Chinese, Iraanse dreiging, het islamitisch gevaar, het gevaar dat schuilt in drugs en vluchtelingen. Voor alles waar het publiek bang voor te maken is, daar wordt het publiek bang voor gemaakt met als doel de verhoging van uitgaven voor bewapening en ‘veiligheid’ waardoor de oorlogs- en terreurindustrie winst kan blijven maken. Een industrie met veel invloed doordat politieke partijen zich er door laten sponsoren en invloedrijke overheidsfunctionarissen er niet zelden financieel belang bij hebben: “Cheney’s Halliburton Made $39.5 Billion on Iraq War”. International Business Times, 20 maart 2013.
Hoe meer geld een staat uitgeeft aan defensie, veiligheid, grensbewaking (het tegenhouden van vluchtelingen), hoe meer werk, winst en inkomens daarvan afhankelijk is en hoe meer gewicht het belang daarvan in de schaal legt bij politieke beslissingen om geweld en terreur in te zetten. Het gaat niet alleen om olie, land grabbing, goedkope arbeid en het afdwingen van ‘vrije’ handel. Het gaat ook en steeds meer om het verdienen aan oorlog en terreur als zodanig en daarvoor is het nodig dat er uitbarstingen van geweld zijn die dan met geweld bestreden moeten worden en als die uitbarstingen er niet zijn dan moeten die georganiseerd worden door bevolkingsgroepen tegen elkaar op te zetten, verzet te organiseren tegen onwelgevallige regimes, doodseskaders op te leiden en aanslagen te laten plegen waarvan de schuld met veel publiciteit bij de vijand gelegd kan worden. Belangrijk is natuurlijk wel een pers die de officiële lezing van de overheid overneemt, maar daar is over het algemeen geen gebrek aan.
Reacties zijn gesloten.