Druk op "Enter" om naar de inhoud te gaan

Renske Leijten over de kinderopvang toeslagenaffaire

Afgelopen week haar boek “Leuker kunnen we niet maken” gelezen. De ervaringen van advocate Eva González Pérez, die de zaak aan het rollen bracht, vormen de rode draad in het boek. Zonder haar was er waarschijnlijk geen affaire geweest. Petje af voor zoveel vasthoudendheid. Maar ook petje af voor Renske Leijten (en Omtzigt en Azarkan).

Even in herinnering roepen: 1. vrijwel alleen ouders met een dubbele nationaliteit werden keihard aangepakt; 2. de minste of geringste onvolkomenheid (of helemaal geen onvolkomenheid) in de aanvraag en verantwoording voor de ontvangen toeslag werd aangegrepen om de ontvanger van de toeslag als fraudeur te brandmerken; 3. bij “gebleken” onvolkomenheid werd de ontvanger gedwongen om alle ontvangen toeslag (ook over afgelopen jaren) terug te betalen; 4. de afhandeling van bezwaren werd eindeloos (soms jaren) vertraagd; beroep en hoger beroep instellen had meestal geen zin, omdat rechters en staatsraden (raad van state) zich makkelijk door de jurist van Toeslagen lieten beetnemen.

Volgens ‘Toeslagen Herstel’ hebben zich 68.376 ouders gemeld als gedupeerden. Veelal één ouder gezinnen, 70.000 kinderen zouden gedupeerd zijn, waarvan ruim 2000 kinderen die in verband met financiële problemen van tot terugbetaling gedwongen ouders uit huis werden geplaatst. Financiële schade gemiddeld ruim 30.000 euro per huishouden met uitschieters naar 178.000 euro. Vooral bijstandtrekkers en mensen met laag inkomen waren slachtoffer. Doorgaans met migratie achtergrond. En het is nog lang niet voorbij, want geval voor geval wordt bekeken of er gecompenseerd moet worden en dat gaat nog lang duren. Wat die ouders en kinderen is aangedaan is met geen pen te beschrijven. Kortom, één en al Kafka. Erg goed en informatief boek. Van harte aanbevolen evenals het rapport van de SP Meldpunt stopgezette kinderenopvangtoeslag.

De vraag die in Leijtens boek niet gesteld en dus ook niet beantwoord wordt is: wat verklaart dat een dienst van de overheid zo verschrikkelijk ontspoort? Die vraag wordt ook nauwelijks gesteld in de rapporten Ongekend Onrecht , Klem tussen balie en beleid en Blind voor mens en recht. Wel wordt erkend dat uitvoerende medewerkers zich soms niet veilig voelen om knelpunten te melden bij hun leidinggevenden en dat leidinggevenden niet zouden beschikken over voldoende doorzettingsmacht, maar dat wordt niet uitgediept.

Wat Leijten beschrijft is dat dossiers die door Toeslagen naar de bestuursrechter gestuurd worden vaak niet compleet waren, terwijl Toeslagen beweerde van wel. Advocate González Pérez die het voor de gedupeerde ouders opnam, kwam daar achter doordat zij contact had met een klokkenluider bij Toeslagen die haar inzicht gaf in de hele dossiers. Juristen die de zaak hadden behandeld hielden dus informatie achter. De ouder had wél vaak gebeld (bleek uit het hele dossier), maar de juristen zeiden van niet.

Wat zij ook beschrijft is dat feiten die de ouder zouden kunnen vrijpleiten (waaruit bleek dat er geen sprake van fraude was) niet in de besluiten en in de stukken voor de rechter werden vermeld. Relevant voor Toeslagen waren alleen feiten waarmee de ouder verdacht gemaakt kon worden. Kortom, de jurist van Toeslagen wou scoren en dat de ouder daardoor ten onrechte als fraudeur werd neergezet en financieel zwaar werd benadeeld, telde kennelijk voor de jurist niet.

Bekend is dat vrijwel alle ouders die van fraude werden verdacht een migratie achtergrond hadden én laagbetaald waren (wat vaak samen gaat). Voor de jurist van Toeslagen die scoren wil of zijn target wil halen, lekker makkelijk want die groep ouders ontbreekt het vaak aan de taalvaardigheid, bekendheid met zijn haar wettelijke rechten en de durf om tegen de autoriteiten in te gaan. De jurist maakt bij zijn keuze om juist deze ouders in zijn besluit op bezwaar in het ongelijk te stellen gebruik van het racistisch vooroordeel dat laagbetaalde ouders met een migratieachtergrond niet te vertrouwen zijn.

Ik beperk me even tot bovengenoemde 3 rotstreken. Die rotstreken worden niet door de organisatie of de computer uitgehaald, maar door ambtenaren (meestal juristen) die moeten beslissen op het bewaar dat de ouder maakt als hij/zij een besluit krijgt waarin staat dat de toeslag ten onrechte is uitgekeerd, de ouder wordt beschuldigd van grove schuld en alle ontvangen toeslagen moet terugbetalen. Waarom deden zoveel ambtenaren mee aan die rotstreken? Werden ze daartoe onder druk gezet? Waarom zwichtten ze daarvoor? En door wie lieten ze zich onder druk zetten?

Die rotstreken werden/worden niet alleen bij de dienst Toeslagen uitgehaald, maar bij alle diensten van de overheid die belast zijn met controle en handhaving. Dus ook bij gemeenten en ook bij uitvoeringsinstanties. De vraag is : waarom zou dat veranderd zijn of veranderen na Ongekend Onrecht, Klem tussen balie en beleid en Blind voor mens en recht? Hoe het komt dat er ambtenaren zijn die, al of niet daartoe gedwongen, zulke rotstreken uithalen en ondergeschikten en collega’s zo onder druk zetten dat die dat ook doen, dat is niet en wordt niet onderzocht en gaat dus ook niet veranderen.

Het is in dit verband goed te weten dat er veel door lagere ambtenaren wordt geklaagd over pesten en intimidatie. Uit een recent rapport van de FNV over Sociale Veiligheid bij het ministerie van justitie en veiligheid komt naar voren 36% van de ondervraagden het niet eens is met de uitspraak “Ik voel me in mijn organisatie veilig om er iets van te zeggen als een collega of leidinggevende iets ongewenst doet of zegt”, 39% vindt dat het management niet het goede voorbeeld geeft in gewenst gedrag, 40% vindt dat mensen niet gelijk behandeld worden qua geslacht, leeftijd, achtergrond, etc. en 2% denkt aan zelfdoding.

Wat heeft dat pesten en intimideren binnen de organisatie te maken met het uithalen van rotstreken door medewerkers van die organisatie jegens zwakke burgers die van die organisatie afhankelijk zijn? Welnu, in elke organisatie verzieken types met te weinig empathie en teveel aan geldingsdrang de werksfeer. Types voor wie het niet uitmaakt of ze zwakke burgers of zwakke collega’s en ondergeschikten pesten. In beide gevallen geeft pesten een gevoel van macht. Klagen over pestende collega’s en -superieuren heeft geen zin, want het management doet er niets mee en het wordt tegen je gebruikt.

Bestuurders (wethouders, burgemeesters, ministers e.d.) worden niet geïnformeerd over problemen en foute beslissingen in de organisatie en houden dat liever zo. Dan kunnen ze altijd zeggen dat ze van niets wisten en ze riskeren ook niet leidinggevenden in de organisatie tegen zich te krijgen die óf zelf de beest in de organisatie uithangen of daarvoor verantwoordelijk zijn doordat ze er niet tegen optreden. Zeker zolang bestuurders en ambtenaren immuun zijn voor strafvervolging, waartoe onze politieke partijen één en andermaal hebben besloten, gaat er geen eind komen aan het ongekend onrecht in en buiten de ambtelijke organisatie.

























Reacties zijn gesloten.